Week 6/ 7: Circus, rivierdoorwadingen en mist

15 februari 2012 - Futaleufú, Chili

Zaterdag 11 februari

Vandaag een voorstelling gehad op het strandje bij de camping van een rondreizend circus, bestaande uit 8 personen. Hoewel we geen snars verstaan van wat ze zeggen, waren ze wel ontzettend grappig. Vooral ook gelachen toen Tom de clown een klap op zijn kont gaf, terwijl de clown op zijn hoofd stond. Hij was gelijk clowntje nummer 2.

Zondag zijn we weer vertrokken richting Argentinië. De grensovergang bij Futaleufu is wel wat beter georganiseerd dan bij de kleine grenscontrole waar we Chili in gingen, maar het is ook druk. Dus het duurde even voordat we de grens over waren. Gelijk doorgereden naar nationaal park Los Alerces en aan een prachtige plek aan het meer gestaan. Hier ben ik (Anita) gaan hiken. De eerste wandeltocht ging naar een rots met muurschilderingen van indianen. Nu weet ik dat ik op zijn tijd een brilletje moet opzetten om wat goed te kunnen zien, maar ondanks dat voor mijn neus een bord stond welke afbeelding je op welke plek kon zien, zag ik toch echt niets. Ik moest er wel om lachen. De tweede wandeltocht ging langs het meer met uiteraard een mooi zicht op het meer. Verder lekker gelegen aan het strand bij het meer. Johan heeft het lasapparaat uitgetest en laswerk verricht, want een spatbord was los getrild en daardoor gescheurd.

De volgende dag zijn we met zijn drieën gaan hiken bij het meer van  La Verda. Hier kan je ook een boottocht maken over het meer naar een eiland. Op dit eiland staat El Abuelo, wat grootvader betekent.  Dit is een boom van 57 meter hoog en 2600 jaar oud, dus de naam is wel toepasselijk. We hebben deze boom maar gelaten voor wat het is, omdat we 90 euro om een oude boom te kunnen zien wel een tikkeltje overdreven vinden, ook al is het een grootvader. We zijn wel gaan wandelen over het eiland waar de boottocht start richting de oude boom. Hier kun je prachtig wandelen met uitzicht op de meren en een gletsjer. Ook zijn hier veel soorten bomen, bamboes, struiken én het is gelukt om een rode specht op de foto te krijgen, de campephilus magellanicus. Helaas net niet scherp, maar een kniesoor die daar om maalt. Verder zijn we maar eigenwijs geweest en toch verschillende paden genomen die afgezet waren, omdat een poema met kleintjes gesignaleerd is. Weer geen poema gezien….

Halverwege onze weg richting het noorden nog een bosbrand gezien, waar driftig met lichte vliegtuigjes werd getracht de brand te blussen. Niet zo mooi natuurlijk een bosbrand, maar voor ons was het wel weer leuk om te zien hoe ze af en aan vlogen om de brand te blussen en hoe met een helikopter de boel in de gaten werd gehouden.

We zijn daarna verder gereden naar El Bolson. De hippieplaats, waar je volgens de Lonely planet toch echt geweest moet zijn. Bij deze.  Hier ben ik (Anita) naar de hippiemarkt geweest, wat door al die hippies toch wel grappig was. Gelijk maar even een leuk shirtje gekocht. Oh ja, we zijn via de 71 weer op route 40 beland en vandaag zo’n 161 km gereden.

Afgelopen week niet zoveel kilometers gemaakt, dus het wordt tijd om voort te maken. Bettie en Marinka komen 9 april aan in Lima en dan willen we daar wel zijn en ook nog het één en ander van Bolivia gezien hebben. Hoewel er nog veel te zien is in deze omgeving gaan we toch maar verschillende dingen cancellen.  Het zei zo. 

Dinsdag 14 februari zijn we via 258 richting San Carlos de Bariloche gereden. Vanaf daar hebben we nr. 231 genomen richting Va. La. Angostura, door naar San Martin de los Andes. De weg vanaf S.C de Bariloche is het ontzettend mooi rijden zo langs de meren. Vanaf S.C. de Bariloche een dichte rookmassa, alsof er bosbrand is, maar dan één van ca. 80 km in doorsnee. Het bleek dat die dag een vulkaan aan het spugen was met as. Je weet echt niet wat je ziet. Nou ja, je ziet dus weinig, ook al staan er nog zulke hoge bergen naast je. In het plaatsje V.L. Angostura leek het dan ook witte kerst. Alles zat onder een dikke laag vulkaanas van centimeters.  Helaas konden we de vulkaan zelf niet meer zien spugen, want te veel as in de lucht en dus geen zicht.  Vanwege het vulkaanas zijn we doorgereden tot San Martin de los Andes. Deze plaatst ligt ontzettend mooi aan een meer. Hier lekker gewandeld aan de boulevard en genoten van de skaters en een optreden van een band.

Woensdag, donderdag en vrijdag hebben we weer even wat extra kilometers gemaakt over de RN 40. Vanaf S.M. de los Andes naar Chos Malal gereden met onderweg zicht op vulkaan Tromen en vulkaan Domuyo (4702 meter hoog). Die dag 461 km gereden. Donderdag naar Malargue en 332 km gereden en vrijdag via San Rafael naar Maipu (wat net onder Mendoza ligt) gereden. (Het gedeelte naar en van San Rafael even de 144 en 143 genomen om daarna weer terug te komen op de 40).  Een afstand van 420 km. Hier heel even in een mooi wijnmuseum geweest en ’s avonds hebben we ons gevoegd bij de Argentijnen in het park.

Het mooie in Argentinië is dat alle plaatsen minimaal één plein heeft wat echt het  middelpunt is. Het ene park is nog mooier dan het andere park. Overdag is hier niet veel te beleven, maar zodra de temperatuur wat is afgekoeld start het leven in het park. Het begint dan langzaamaan vol te lopen met mensen en kinderen en er wordt volop geflaneerd door het park, gewoon lekker gezeten en als er een speeltuin is bij de kinderen in de speeltuin gezeten. Rond het plein wordt er volop geflaneerd met motors, auto’s en brommers, die rustig de hele avond en nacht rondjes om het park blijven rijden. Dit gaat niet zo geruisloos, aangezien diverse auto’s en brommers ronkende motors hebben of met knalpijp rondrijden.  Nu slapen we nogal eens bij zo’n park, omdat Tom lekker kan fietsen en spelen in het park, zodat je een rustig nachtje wel kan vergeten.

Vroeg naar bed kun je hier sowieso wel vergeten. De Argentijnen beginnen pas te leven in de avonduren. Beginnen wij zo’n beetje af te taaien rond 23.00-24.00. De Argentijnen beginnen dan langzaamaan op dreef te komen. Voor 5.00-6.00 wordt er niet gestopt en ze maken daarbij dankbaar gebruik van snoeiharde muziek, de genoemde ronkende auto’s en brommers en daarbij het nodige gebral. Ik (Anita) slaap helaas licht, dus je snapt zeker al dat de nachtjes hierdoor wat kort zijn. 

Zaterdagochtend eerst naar Bodega La Rural geweest. Dit is een museum waar je het gereedschap kunt zien hoe ze vroeger wijn maakten in de 19e eeuw. Ook zijn hier religieuze koloniale sculpturen van de Cuyo regio te zien. Daarnaast is hierbij een wijngaard en is het gelijktijdig een wijnmakerij en wijnproeverij.  Mendoza en omgeving staat namelijk boordevol wijnplantages en olijfbomenplantages, dus een wijngaard bezoeken is een must. Hoewel nog ochtend, toch maar wel even een wijntje geproefd en uiteraard wat flesjes wijn ingeslagen. Daarna zijn we gauw gaan rijden en via Sa Juan naar S.J. de Jachal gegaan. Een afstand van 333 km. Hier op een camping gestaan waar ze enkel een keer in 2007, 2008 en 2010 buitenlanders hadden gehad. Wij waren dit jaar de eerste buitenlanders die er kwamen. Bij aankomst waren er veel mensen, want een zwembad bij de camping. Maar wat een teleurstelling, het bad was net dicht en we mochten er niet meer in, want het bad werd schoon gemaakt.  “s Avonds werd de lucht steeds donkerder en de camping leger en bleven we als enige gasten over. Altijd leuk zoiets. ‘s Avonds en ’s nachts enorme onweersbuien. Prachtig om te zien. De lucht bleef flitsen. We hebben hier dan ook een poos naar zitten kijken, totdat het begon te plenzen.

Zaterdag definitief besloten dat we toch via Argentinië naar San Pedro de Atacama in Chili gaan. Vol goede moed de RN 40 vervolgd tot Huaco. Een prachtige weg door de bergen en onderweg volop rivierdoorwaardingen, vanwege de regenval van afgelopen nacht . Bij Huaco dachten we slim te zijn en de 150 te nemen. Dus met plezier de eerste serieuze rivierdoorwaardingen gedaan, waarbij de wielen tot halverwege in het water zaten, om zo bij de 150 te komen en via deze weg op de 26. Ongeveer na 50 km. op de 150 te hebben gereden een slagboom met daarnaast twee serieus kijkende mannen. We mochten de weg niet  vervolgen, want over 1 jaar is de weg pas klaar. Helaas waren de mannen niet te verwurmen en dat terwijl we al bijna bij weg 26 waren. Dus het hele stuk weer terug en naar de RN 40. Bijna 2 uur voor nop gereden, balen. Het was dan wel weer leuk dat ik (Anita) op de terugweg de serieuze rivierdoorwaardingen mocht doorrijden. Dat had ik tot nu toe ook nog niet gedaan.

De RN 40 naar Vila Union was een ‘groot feest’, want alle rivieren waren overstroomd door de regen van de afgelopen nacht. Om de pakweg 50 meter stroomt het water over de weg en hierdoor zijn er water, modder en stenen over een lengte van 20-100 meter waar je enkel rustig overheen kon rijden. Regelmatig was het zo erg, dat het hele wegdek kapot was gegaan en weggeslagen was. We hebben dan ook zo’n 3 uur gedaan over dit stuk van ca. 60 km. Onderweg nog de Belgische overlander met zijn Unimog gesproken die we al in Puerto Madryn hadden zien staan. Grappig om elkaar hier dan onderweg weer tegen te komen. Zijn boottocht met Grimaldi was minder fortuinlijk afgelopen, want in Rio moest hij er perse af en nadat de camper weer zoveel tijd later de boot op mocht bleek werkelijk alles uit zijn camper gestolen te zijn, waaronder zijn computer. Dan baal je pas echt!!

Na Vila Union werd de weg weer wat beter en op naar Chilecito via een offroad weg langs Sanogasta gereden. Hiervoor moesten we dan nog wel berg Sierre de Famatina over, van 2020 meter hoog. Onderweg prachtig rode bergen, maar het werd later en later en later, en bovenin werd de mist dichter en dichter, waardoor het zicht beperkt werd tot ongeveer 20 meter. Bovenaan de berg hebben we daarom overnacht, in de veiligheid van de gebedshuisjes voor ondermeer Maria. Heerlijk rustig geslapen kan ik zeggen. Geen hond, mens of auto meer gehoord toen het eenmaal donker was. Wat een zaligheid. 

 

1 Reactie

  1. Erwin:
    24 februari 2012
    Leuk weer om te lezen, ben wel benieuwd hoe Tom zich houdt? Hier is de Elfstedentocht definitief voor minstens een jaar in de kapotte ijskast gezet en het voorjaar in aantocht. Behalve in de regenton is er geen ijs meer te vinden. Ons dorpje is de laatste tijd nationaal nieuws, we zijn het nieuwe Urk aan het Henschotermeer. Een blote tepel mag niet meer maar snuiven en slikken wel. Voor de rest is er nu een nieuwe bibliotheek, een Kunstcentrum en de Rabobank is ook weer open. Afgelopen week is ook de Jumbo nog overvallen. Het wordt hier steeds leuker. Zo, zijn jullie ook weer een beetje op de hoogte. Succes verder weer en tot een volgende keek!